
Jurisprudentie
AT1773
Datum uitspraak2004-11-30
Datum gepubliceerd2005-03-22
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureHoger beroep kort geding
Instantie naamGerechtshof 's-Hertogenbosch
ZaaknummersKG C0400466/HE
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2005-03-22
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureHoger beroep kort geding
Instantie naamGerechtshof 's-Hertogenbosch
ZaaknummersKG C0400466/HE
Statusgepubliceerd
Indicatie
Het gaat in deze zaak, kort samengevat, om het volgende. Turbu heeft met Campos een aantal koopovereenkomsten met betrekking tot mobiele telefoons gesloten, waaronder één d.d. 21 juli 2003 voor 1000 stuks Nokia 7250i (i-telefoons). Turbu heeft in verband hiermee een bedrag van € 392.700,= aan Campos overgemaakt. Levering van de i-telefoons aan Turbu heeft niet plaatsgevonden. De i-telefoons zijn door Campos bij [geïntimeerde] gekocht. Campos heeft aan [geïntimeerde] de koopsom voldaan. Turbu heeft op de i-telefoons beslag doen leggen, maar dit beslag is in een kort geding op vordering van [geïntimeerde] opgeheven. [geïntimeerde] heeft de i-telefoons aan derden verkocht. Turbu heeft jegens [geïntimeerde] aanspraak gemaakt op het bedrag van € 356.000,= dat Campos voor de i-telefoons aan [geïntimeerde] had betaald. [geïntimeerde] heeft geweigerd dit bedrag aan Turbu te betalen. In deze procedure vordert Turbu van [geïntimeerde] betaling van een bedrag van € 350.000,= als voorschot op schadevergoeding. [geïntimeerde] heeft een beroep gedaan op onbevoegdheid van de Nederlandse rechter en de vordering van Turbu gemotiveerd betwist.
Uitspraak
typ. MBR/LG
rolnr. KG C0400466/HE
ARREST VAN HET GERECHTSHOF TE 's-HERTOGENBOSCH,
vijfde kamer, van 30 november 2004,
gewezen in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid TURBU.COM MOBILE PHONES BV,
gevestigd te Bergeijk,
appellante,
procureur: mr. R.W.F. Hendriks,
t e g e n :
de vennootschap naar Duits recht
[PERSOONSNAAM] TELECOM GMBH,
gevestigd te [plaatsnaam] (Duitsland),
geïntimeerde,
procureur: mr. J.E. Benner,
op het bij exploot van dagvaarding van 9 januari 2004 ingeleide hoger beroep van het door de voorzieningenrechter van de rechtbank te 's-Hertogenbosch tussen appellante, Turbu, als eiseres en geïntimeerde, [geïntimeerde], als gedaagde onder zaaknummer 101804/KG ZA 03-715 gewezen vonnis in kort geding van 16 december 2003.
1. De eerste aanleg
Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar het vonnis waarvan beroep, dat zich bij de processtukken bevindt.
2. Het geding in hoger beroep
Van dit vonnis is Turbu tijdig in hoger beroep gekomen.
Bij memorie van grieven heeft Turbu zes grieven aangevoerd en geconcludeerd zoals in het petitum van deze memorie nader staat omschreven.
Bij memorie van antwoord heeft [geïntimeerde] de grieven bestreden en geconcludeerd primair tot onbevoegdverklaring en subsidiair tot bekrachtiging van het bestreden vonnis, met veroordeling van Turbu in de kosten van het geding
in hoger beroep, uitvoerbaar bij voorraad.
Vervolgens heeft Turbu een akte na memorie van antwoord genomen en [geïntimeerde] een antwoordakte na memorie van antwoord.
Ten slotte hebben partijen de stukken overgelegd en uitspraak verzocht.
3. De grieven
Voor de exacte inhoud van de grieven verwijst het hof naar de memorie van grieven.
4. De beoordeling
4.1 Het gaat in deze zaak, kort samengevat, om het volgende.
a) Turbu heeft met Campos Holding BV (verder: Campos) een aantal koopovereenkomsten met betrekking tot mobiele telefoons gesloten, waaronder één d.d.
21 juli 2003 voor 1000 stuks Nokia 7250i
(i-telefoons).
b) Turbu heeft in verband hiermee een bedrag van € 392.700,= aan Campos overgemaakt. Levering van de i-telefoons aan Turbu heeft niet plaatsgevonden.
c) De i-telefoons zijn door Campos bij [geïntimeerde] gekocht. Campos heeft aan [geïntimeerde] de koopsom van € 356.000,= voldaan.
d) Turbu heeft op de i-telefoons beslag doen leggen, maar dit beslag is in een kort geding op vordering van [geïntimeerde] opgeheven. [geïntimeerde] heeft de i-telefoons aan derden verkocht.
e) Aan Turbu is in een ander kort geding tegen Campos een vordering tot levering van 1000 stuks i-telefoons toegewezen, maar Campos heeft niet aan dit vonnis voldaan.
f) Turbu heeft jegens [geïntimeerde] aanspraak gemaakt op het bedrag van € 356.000,= dat Campos voor de i-telefoons aan [geïntimeerde] had betaald. [geïntimeerde] heeft geweigerd dit bedrag aan Turbu te betalen.
4.2 In deze procedure vordert Turbu van [geïntimeerde] betaling van een bedrag van € 350.000,= als voorschot op schadevergoeding. Turbu legt hieraan ten grondslag dat [geïntimeerde] jegens haar onrechtmatig handelt door het bedrag dat zij van Campos heeft ontvangen niet aan Turbu te betalen terwijl [geïntimeerde] de i-telefoons waarvoor dit was betaald heeft teruggehaald en Turbu wel de koopsom aan Campos heeft voldaan maar geen i-telefoons heeft ontvangen. Voorts stelt Turbu zich op het standpunt dat [geïntimeerde] tot dat bedrag ten koste van haar ongerechtvaardigd is verrijkt.
4.3 [geïntimeerde] heeft een beroep gedaan op onbevoegdheid van de Nederlandse rechter en de vordering van Turbu gemotiveerd betwist.
4.4 Bij het vonnis waarvan beroep heeft de voorzieningenrechter zich bevoegd geoordeeld om van de vordering van Turbu kennis te nemen en deze vordering vervolgens afgewezen.
4.5 Met haar grieven I, II en III komt Turbu op tegen de weergave van de gang van zaken onder 2.1 van het vonnis waarvan beroep. Grief IV betreft de afwijzing van de vordering op grond van onrechtmatige daad (3.3), grief V de afwijzing van de vordering op grond van ongerechtvaardigde verrijking (3.4) en grief VI de conclusie (3.5).
4.6 In haar memorie van antwoord stelt [geïntimeerde] zich op het standpunt dat de voorzieningenrechter zich ten onrechte bevoegd heeft geoordeeld (3.1). Dit standpunt wordt door haar vervolgens uitvoerig toegelicht (punt 66 tot en met 82). Hoewel niet als een incidentele grief aangeduid, heeft dit kennelijk wel die strekking. Nu Turbu nog niet de gelegenheid heeft gehad hierop in te gaan zal het hof haar daartoe in de gelegenheid stellen. De zaak wordt naar de rol verwezen voor een memorie aan de zijde van Turbu. Van de kant van [geïntimeerde] worden daarna geen verdere processtukken verwacht.
4.7 Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.
5. De beslissing
Het hof:
verwijst de zaak met het hiervoor onder 4.6 aangegeven doel naar de rol van dinsdag 21 december 2004 (memorie aan de zijde van Turbu; geen antwoordmemorie);
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. Meulenbroek, Venhuizen en Feddes en uitgesproken ter openbare terechtzitting van dit hof van 30 november 2004.